In de prachtige film Boyhood vraagt het jongetje Mason: ‘Papa, sprookjes zijn niet echt hè? Ik bedoel, zoals elfjes enzo. Dat hebben mensen gewoon verzonnen.’
‘Och, dat weet ik niet’, antwoordt papa. ‘Wat denk je van… bijvoorbeeld een walvis? Wat als ik een verhaaltje vertelde over een zoogdier dat onder water leeft, in de zee, en dat dier gebruikt sonar en zingt liedjes en is zó groot; zijn hart is even groot als een auto, en je zou door zijn aderen kunnen zwemmen. Dat is net zo sprookjesachtig als elfjes, toch?’
Het fragment raakte me. De verwondering over het leven op aarde: hadden maar meer volwassenen dat. De natuur is zo vol van wonderen, veel meer nog dan wij kunnen waarnemen. Het ultrasone geluid waarmee walvissen communiceren, kunnen wij überhaupt niet horen. Voor walvissen is echo-onderzoek de gewoonste zaak van de wereld. Door echolocatie weten ze waar vissen naartoe zwemmen en waar de grens van het zwemgebied is. Ze weten hoe een soortgenoot zich voelt, want gespannen spieren geven een andere echo dan ontspannen spieren.
Met ons beperkte waarnemingsveld hebben we vaak niet in de gaten wat we aanrichten in die wondere wereld. Als wij hier voor de kust een paal in de grond heien, hoort een walvis onder water dat tot in Schotland. Een bruinvis binnen een kilometer van zo’n klap is direct doof.[1] Met hun zeer gevoelige sonarzintuigen raken veel walvissen van slag door de sonar van onze marine[2]; ze stoppen met eten en zwemmen naar de kust, waar ze stranden. Wie weet wat de boodschap is die zíj horen in onze sonarsignalen.
We weten niet alles. Dat besef is precies wat maakt dat je ontzag kunt voelen, het wonder kunt zien van de wereld om je heen. Als we opgroeien – en we hebben niet zo’n vader als Mason – leren we steeds meer verklaren en beheersen; we leren dat mensen intelligent zijn en andere dieren niet (volgens de mens zelf dan), we leren geloven in technologie en overheersing door de mens. We leren sprookjes uit ons hoofd zetten en we gaan idealen over een betere wereld ook als sprookjes beschouwen.
Idealen worden gezien als naïef en kinderachtig, zegt Susan Neiman[3], we moeten het doen met de echte wereld. De wereld waarin regenwouden worden gekapt en mensen en dieren worden uitgebuit voor westerse consumptie, waarin volken oorlog voeren en elkaar willen vernietigen.
Zo is het nu eenmaal, zegt de volwassene; wen er maar aan. Volwassen worden betekent voor velen: idealen opgeven. Maar écht volwassen is juist dat je blijft streven naar een betere wereld, zegt Neiman. Ook als je merkt dat je idealen moeilijk te realiseren zijn; ook als je spanning voelt tussen de werkelijkheid en je ideaal. Een volwassene voert ‘permanent een hachelijke balanceeract uit’: onder ogen zien dat je nooit de wereld zult krijgen die je wenst, maar tevens blijven weigeren met minder genoegen te nemen.
Echt volwassen is: je blijven verwonderen over het sprookje dat onze planeet is. En geloven dat ‘ie dat kan blijven, met onze zorg en bescherming.
Dit is een een column uit de laatste bundel van Roos Vonk, O nee dit gaat over mij.
[1] Anne Geene, De bruinvis, opgetekend door Caspar Janssen, De Volkskrant, 10 januari 2015
[2] Southall, B. L., DeRuiter, S. L., Friedlaender, A., Stimpert, A. K., Goldbogen, J. A., Hazen, E., ... & Calambokidis, J. (2019). Behavioral responses of individual blue whales (Balaenoptera musculus) to mid-frequency military sonar. Journal of Experimental Biology, 222(5), jeb190637.
[3] De Volkskrant (2019). We moeten ons hele leven idealen koesteren. 15 februari 2019 volkskrant.nl/kijkverder/v/2019/we-moeten-ons-hele-leven-idealen-koesteren. Neiman, S. (2014). Waarom zou je volwassen worden?
